intro
De spelers proberen door het taktisch uitspelen van kaarten de eerste speler te zijn kaarten die zijn kaarten kwijtraakt, of anders in ieder geval niet de laatste te zijn!
materiaal
80 kaarten onderverdeeld in verschillende rangen (1× nummer '1', 2× nummer '2', tot en met 12× nummer '12' en 2 narkaarten)
begin
De kaarten zijn onderverdeeld in verschillende rangen, zoals een abdis of een ridder. Elke rang heeft een eigen nummer. Hoe hoger de rang, des te lager het nummer. Van elke rang zijn er net zoveel kaarten als het nummer aangeeft. Zo is er één kaart met nummer '1', twee kaarten met nummer '2', enz.
Daarnaast zijn er twee Narkaarten. Als een nar samen met een andere kaart wordt gespeeld, fungeert de nar als joker. Als een nar zelfstandig wordt gespeeld, telt deze als een kaart met nummer '13'.
Om voor de eerste ronde elke speler een rang toe te kennen, trekken de spelers elk een kaart. De spelers nemen plaats op volgorde van het nummer van de getrokken kaart:
- De speler met de hoogste rang is deze ronde de Grote Dalmuti.
- De speler met de één na hoogste rang is de Kleine Dalmuti. Hij zit aan de linkerzijde van de Grote Dalmuti.
- De speler met de laagste rang is de Grote Dienaar. Hij zit aan de rechterzijde van de Grote Dalmuti.
- De speler met de één na laagste rang is de Kleine Dienaar. Hij zit aan de rechterzijde van de Grote Dienaar.
verloop

Als alle spelers de juiste plaats hebben ingenomen, neemt de Grote Dienaar de 80 kaarten en verdeelt deze gelijk over alle spelers. De Grote Dalmuti kiest twee kaarten uit zijn hand en geeft deze aan de Grote Dienaar. Deze moet zijn twee beste kaarten aan de Grote Dalmuti geven. De Kleine Dalmuti en de Kleine Dienaar wisselen op dezelfde wijze één kaart uit. Alleen als een speler beide Narkaarten op handen heeft, breekt een revolutie uit: dan worden er geen kaarten uitgewisseld. Als de Grote Dienaar beide Narkaarten op handen heeft, breekt een totale revolutie uit: de Grote Dalmuti wordt Grote Dienaar, de Kleine Dalmuti wordt Kleine Dienaar, enz.
Vervolgens worden de kaarten uitgespeeld. De Grote Dalmuti is de startspeler. Het spel wordt gespeeld in de richting van de klok. In zijn beurt legt de startspeler één of meer kaarten met hetzelfde nummer uit zijn hand open neer. De volgende speler moet net zoveel kaarten met een hogere rang (dus een lagere waarde) uitspelen, of hij past. Dit gaat net zolang door, tot alle spelers hebben gepast. De speler die het laatst één of meer kaarten heeft gespeeld, wint deze slag. Hij is de volgende startspeler. De Grote Dienaar neemt alle gespeelde kaarten en legt deze terzijde.
Zodra een speler zijn laatste kaart heeft gespeeld, ligt hij uit het spel. Hij is de volgende ronde de Grote Dalmuti. Er wordt net zolang doorgespeeld tot de voorlaatste speler al zijn kaarten heeft gespeeld. De laatste speler is de volgende ronde de Grote Dienaar. Elke speler ontvangt net zoveel punten als er spelers zijn met een lagere rang. De volgende Grote Dienaar ontvangt dus geen punten, de volgende Kleine Dienaar ontvangt één punt, enz.
Vervolgens neemt elke speler plaats op de zetel die overeenkomt met zijn rang. De Grote Dienaar schudt en verdeelt de kaarten en een nieuwe ronde begint.
eind
Het spel eindigt zodra een van te voren afgesproken aantal punten is bereikt, of als een bepaald aantal rondes is gespeeld. De speler met de meeste punten is de winnaar van het spel.
waardering van andere sites
[toelichting: Elke balk geeft de waardering van een site weer. AnderSpel bijvoorbeeld geeft dit spel een 7.In het laatste gekleurde blokje staat dan ook 7. Hoe breder het blokje, hoe meer spellen een 7 hebben. De lege blokjes aan het eind van de balk geven de hoeveelheid spellen aan die een hogere waardering kregen.]
algemeen
Het spel is in 1997 door Wizards of the Coast ook uitgebracht in een Dilbert-variant: Dilbert: Corporate shuffle. Deze editie telt minder kaarten en is daarom niet geschikt voor meer dan 6 spelers.
Het spelmechanisme van De Grote Dalmuti is niet nieuw. Je vindt het spelprincipe bijvoorbeeld terug in het spel Karriere Poker, Hexagames.