AnderSpel - Kwartet

intro

De spelers proberen door het handig vragen naar kaarten zoveel mogelijk kwartetten (vier bij elkaar horende kaarten) te verzamelen.

materiaal

een aantal kwartetten (vier bij elkaar horende kaarten)

begin

De kaarten worden gedekt geschud en gelijkmatig onder de spelers verdeeld. De spelers nemen de kaarten in hun hand, zodat alleen zij zelf de kaarten kunnen zien. Elke kaart maakt deel uit van een kwartet. Elk kwartet bestaat uit vier bij elkaar horende kaarten.

verloop

In zijn beurt vraagt de actieve speler aan een medespeler naar keuze een kaart van een kwartet. De actieve speler moet ten minste één kaart van dat kwartet in zijn hand hebben. Hij noemt het onderwerp van het betreffende kwartet en vraag naar een kaart die hij zelf niet heeft. Bijvoorbeeld: 'Mag ik van jou van het kwartet huizen de kaart iglo?
Als de medespeler de gevraagde kaart in zijn hand heeft, moet hij deze aan de actieve speler geven. De actieve speler is nu nogmaals aan de beurt. Hij mag nu ook aan een andere speler een kaart vragen.
Als de medespeler de gevraagde kaart niet in zijn hand heeft, is de beurt van de actieve speler voorbij. De beurt gaat nu naar de speler waar de kaart aan gevraagd was.
Zodra een speler vier kaarten uit één serie (= kwartet) heeft verzameld, legt hij deze open voor zich neer. Als een speler geen kaarten meer op hand heeft, ligt hij uit het spel.

eind

Het spel eindigt als geen enkele speler nog kaarten op hand heeft. De speler met de meeste kwartetten is de winnaar van het spel.

positief

De spelregels van Kwartetten zijn simpel. Iedereen kan direct meespelen.
Je bent gedurende het hele spel actief. Ook als je niet aan de beurt bent, moet je goed opletten en onthouden wie welke kaart vraagt, zodat je, als de kans zich voordoet, deze kaarten kunt terugvragen.
Kwartetten zijn verkrijgbaar in veel verschillende uitvoeringen, zodat je prima kan aansluiten bij de interesse en belevingswereld van de spelers. Kinderen vanaf 4 à 5 jaar kunnen al aan de slag met een 'Dick Bruna'-uitvoering, wat oudere kinderen spelen bijvoorbeeld een steden-variant.

negatief

Je mag alleen kaarten vragen van kwartetten, waar je zelf ook kaarten van op handen hebt. Heb je bij aanvang van het spel veel kaarten van slechts enkele kwartetten in je hand, dan lig je wellicht snel uit het spel. En je kansen om veel kwartetten te verzamelen zijn kleiner.
Als al je kaarten uit je hand op zijn, lig je uit het spel. Gelukkig duurt een spelletje niet zo lang: tijd voor revanche!
De geluksfactor speelt een grote rol. In het begin heb je geen idee welke kaarten je medespelers in handen hebben. En als je net misgokt, heb je grote kans dat jij je kaart van dat kwartet moet afstaan!

strategie

Bedenk dat een speler alleen een bepaalde kaart mag vragen als hij een andere kaart van dat kwartet in zijn hand heeft. Als jij ook een kaart van dat kwartet in je hand hebt, kan je zodra je aan de beurt komt een poging wagen de kaart van deze medespeler te vragen!

waardering van andere sites

6 / 9

vlaams spellenarchief

2 / 4

speelduivel

1 / 5

gemiddeld

2 / 10

[toelichting: Elke balk geeft de waardering van een site weer. AnderSpel bijvoorbeeld geeft dit spel een 6.In het laatste gekleurde blokje staat dan ook 6. Hoe breder het blokje, hoe meer spellen een 6 hebben. De lege blokjes aan het eind van de balk geven de hoeveelheid spellen aan die een hogere waardering kregen.]

varianten

Variant voor twee spelers:

Bij een spel met twee spelers ontvangt elke speler een aantal kaarten in zijn hand, en vormen de overgebleven kaarten een gedekte trekstapel. Als een speler aan de zijn medespeler een kaart vraagt, die hij niet op hand heeft, trekt de actieve speler een kaart van de trekstapel en de beurt gaat naar de speler waar de kaart aan gevraagd was.

Variant voor veel spelers:

Elke speler schrijft een naam op een briefje, bijvoorbeeld iedereen een sprookjesfiguur of een stripheld. Elke speler houdt zijn keuze geheim. Vervolgens worden alle briefjes verzameld en voorgelezen.
De spelers worden verdeeld in vier gelijke groepen. De groep die aan de beurt is vraagt een groep naar keuze naar een voorgelezen naam.
Als die in het groepje aanwezig is, loopt deze over naar het vragende groepje. Nu mag het groepje nogmaals vragen.
Als de gevraagde naam niet in het groepje aanwezig is, is dit groepje aan de beurt om te vragen. Zij kunnen alle personen die reeds genoemd zijn, in hun groepje terug vragen!
Het spel eindigt als alle kinderen in één groep zitten.