materiaal
1 spelbord, 15 pestkaarten, 100 vragenkaarten, 1 kaarthouder, en voor elke speler: 1 spelfiguur en 3 actie- en 3 inzetkaarten in zijn spelerskleur





De spelers proberen door het goed beantwoorden van verschillende vragen over allerlei 'wetenschappelijke' onderwerpen met hun spelfiguur het eerst de finish te bereiken. Onderweg kunnen de spelers elkaar flink dwars zitten.
1 spelbord, 15 pestkaarten, 100 vragenkaarten, 1 kaarthouder, en voor elke speler: 1 spelfiguur en 3 actie- en 3 inzetkaarten in zijn spelerskleur
Het cirkelvormige spelbord toont een spoor vanaf het startveld naar de finish. Sommige velden op het spoor zijn een 'Bunker'. Daarnaast toont het bord voor elke speler drie antwoordvelden: A, B, en C.
Elke speler plaatst zijn spelfiguur op het startveld van het spelbord, en ontvangt zijn 3 actie- en 3 inzetkaarten in zijn hand. De pestkaarten worden geschud en als gedekte stapel neergelegd. Ook de vragenkaarten worden op een stapel klaargelegd.
'Willem Wever' wordt gespeeld in een aantal rondes. In elke ronde is één van de spelers de vragensteller. Hij neemt de bovenste vragenkaart en leest de inleidende informatie voor. Vervolgens beslist hij welk rijtje vragen hij gaat stellen: het linkerrijtje of het rechterrijtje. Hij leest de eerste vraag voor en geeft de drie voorgedrukte antwoordmogelijkheden. De overige spelers kiezen een inzetkaart, een actiekaart en eventueel een pestkaart uit hun hand en leggen deze tegelijk op het antwoordveld van hun keuze neer. Vervolgens geeft de vragensteller het juiste antwoord.
Het spel eindigt als een spelfiguur na de complete afhandeling van een vraag de finish heeft bereikt.
Als je heel zeker bent van je antwoord, speel je een hoge inzetkaart. Als je twijfelt (of als je maar wat gokt) kies je voor een lage inzetkaart. Soms kan je echter beter een hoge inzetkaart nemen, om zo een voor je liggende 'Bunker' te kunnen passeren.
Alles over het televisie-programma Willem Wever
Identity Games
www.spellink.nl